Samen voorkomen dat je kind chronische klachten krijgt

Omdat kindervoeten nog in de groei zijn, zijn ze kwetsbaarder dan volwassen voeten. Het gevolg is dat kinderen ook andere klachten hebben dan volwassenen, maar door op tijd te behandelen en het groeiproces te ondersteunen, kunnen we die klachten vaak goed verhelpen of corrigeren. Zo voorkomen we samen dat je kind chronische klachten krijgt.

Klachten en symptomen

Kindervoeten en -benen kunnen snel veranderen, en meestal is zo’n verandering leeftijdsgebonden. Bij kinderen van 2 tot en met 5 jaar komen X-benen bijvoorbeeld vaak voor, maar vaak corrigeert die stand zich daarna vanzelf. Gebeurt dat niet, of heeft je kind andere klachten of afwijkingen aan zijn of haar benen, knieën en/of voeten, dan is het altijd raadzaam om naar een podoloog te gaan. Neem dus vooral contact met ons op bij de volgende klachten en symptomen:

  • overmatig struikelen;
  • niet lang kunnen lopen;
  • hielklachten;
  • afwijkende of kromme teenstand;
  • knie-, heup- en rugklachten;
  • pijn tijdens het sporten;
  • vermoeidheid in de voeten en/of benen;
  • beenlengteverschil;
  • verschil in de stand van de voeten;
  • voeten die extreem naar binnen of naar buiten lopen;
  • langdurig op de tenen blijven lopen;
  • abnormale schoenslijtage;
    platvoeten (pes planus).
person wearing black flip flops standing on brown grass field during daytime

De ontwikkeling van de kindervoet

De groei van kindervoeten en -benen omvat in de eerste acht levensjaren verschillende fases. Die fases duren niet bij elk kind even lang, dus de volgende beschrijving is slechts een indicatie, maar wat buiten kijf staat is dat er tot een jaar of zes anatomisch gezien nog veel verandert.

Tot 1 jaar
Babyvoetjes zijn vrij plat van vorm. Dat komt door het dikke vetkussentje dat eronder zit. En zodra je kind gaat bewegen, valt je waarschijnlijk ook op dat zijn of haar beentjes in een O-stand staan. Die O-stand maakt de onzekere en nog wat instabiele bewegingen gemakkelijker.

Tussen de 10 en 18 maanden waagt je kind zich waarschijnlijk aan zijn of haar eerste stapjes. Het is belangrijk om dat proces niet extra te stimuleren: zodra de voetjes klaar zijn om het lichaamsgewicht van je kind te dragen, komt hij of zij vanzelf in beweging.

Vanaf 1,5 jaar
De O-stand van de benen van je kind is inmiddels vrijwel verdwenen. Met vallen en opstaan – letterlijk – traint je kind zijn of haar spieren, waardoor het lopen steeds beter gaat en zekerder oogt.

2 tot 3 jaar
De benen komen vanuit de O-stand langzaam in een X-stand te staan: de enkels vallen wat naar binnen en de voetboog van je kind zakt een beetje door (dat noemen we knikvoetjes). Tot op zekere hoogte is dit proces normaal.

Vanaf 5 jaar
De X-stand vermindert heel geleidelijk, waardoor de benen en voeten van je kind steeds meer richting een rechte stand groeien.

Tussen de 6 en 8 jaar
In deze fase zouden de benen en voeten van je kind recht moeten staan.

person holding green round fruit

Samenwerking met specialisten

Voor de behandeling van klachten aan kindervoeten en -benen werken we vaak samen met kinderfysiotherapeuten en kinderoefentherapeuten. Vooral bij motorische problemen, zoals slordig lopen of veel vallen, valt er echt winst te behalen door niet alleen de voeten te stabiliseren, maar het kind ook oefeningen te laten uitvoeren.

Kinderschoenen

Tot een jaar of twee zijn schoenen bij kinderen geen noodzaak. Sterker nog: zolang je kind nog niet kan lopen, is het beter om zijn of haar bewegingen zo min mogelijk te belemmeren. Blote voeten of sokken (niet te strak!) zijn in die periode beter dan schoenen. Zodra je kind een week of drie zelfstandig loopt, zijn schoenen wel aan te raden.

  • De schoenen moeten de juiste maat hebben, met 1 tot 1,5 centimeter groei- en ontwikkelruimte.
  • De schoenen moeten de juiste breedte hebben.
  • Ze moeten niet te stevig zijn, omdat dat de natuurlijke ontwikkeling van de voet belemmert. Alleen bij klachten, extreem doorzakken van de voeten of aangeboren afwijkingen is een stevige schoen zinvol.
  • Er moet sprake zijn van een goede hielomsluiting en een goede sluiting om de wreef, met veters of klittenband.
    Het buigpunt van de schoenen moet onder de bal van de voet zitten.
  • De schoenen mogen geen hakken hebben.
  • Omdat de kindervoet zich continu ontwikkelt, is het verstandig om niet alleen de schoenmaat, maar ook de sokken iedere paar maanden te controleren. Zo geef je de voeten de mogelijkheid om goed te groeien en zich goed te ontwikkelen
person wearing black pants and black-and-white low-top sneakers on wet floor